RSV VIRUS RESPIRATOIR SYNCYTIAAL VIRUS
(24-01-2007)
Dit artikel is vrij groot omdat ik probeer een vrij volledig beeld te geven.
RSV infecties zijnde de belangrijkste oorzaak van luchtweginfecties bij jonge kinderen met jaarlijkse epidemieën tijdens de wintermaanden (november tot maart).
Belangrijk omdat er ook de consequentie uit volgt dat iedere bovenste luchtweginfectie niet automatisch antibiotica therapie vergt.
BESMETTING RSV
- 50% - 70% van de kinderen worden besmet met het RSV
virus in hun 1° levensjaar.
- Hiervan moet 1 - 2% gehospitaliseerd worden. Hoe jonger,
hoe meer risico op hospitalisatie.
- Ongeveer 50% van de kinderen die voor RSV-bronchiolitis
(infectie van de kleinere, lagere luchtwegen) gehospitaliseerd worden
zijn jonger dan 3 maanden.
- Mensen zijn de enige bron van infectie. De overdracht
van het RSV virus kan door druppelinfectie (niezen, hoesten) gebeuren,
maar vindt meestal plaats door direct contact met besmette secreties
zoals op zakdoeken, speelgoed en hand-hand-neus-oog infectie. Het virus
dringt binnen via de neus, ogen en keel.
- Het RSV virus kan verschillende uren overleven in de
omgeving.
- De incubatietijd bedraagt 2 tot 8 dagen.
- Een geïnfecteerd kind is besmettelijk van kort voor
tot 1-3 weken na de infectie.
- Het RSV virus blijft een tot drie weken aanwezig totdat
het kind genoeg antistoffen gevormd heeft. Dit valt samen met de genezing
en vanaf dan is het kind ook niet meer besmettelijk.
- Na een RSV-infectie ontstaat er geen blijvende immuniteit.
Hierdoor zijn her infecties gedurende het leven niet ongewoon, hoewel
zij meestal gepaard gaan met een mild ziektebeeld.
ZIEKTEBEELD RSV
- Bij oudere kinderen ziet men meestal neusverkoudheid
en hoesten, of viraal astma bij gevoelige individuen.
- Zuigelingen hebben tijdens de eerste infectie vaak een
ernstiger ziektebeeld met laryngitis, bronchitis, bronchiolitis of viruspneumonie
(= infectie van grote luchtpijp tot kleinere lage luchtwegen tot in
de long zelf).
- Bronchiolitis is de meest voorkomende infectie van de
lagere luchtwegen bij zuigelingen vooral tussen 2 en 6 maanden. Tachtig
procent wordt door RSV virus veroorzaakt.
- Bij 1 tot 2% van de kinderen is het verloop ernstig
en soms levensgevaarlijk.
- Meestal verbetert de ziekte vanzelf na enkele dagen
met spontane genezing.
- 20 - 40% van de kinderen zijn echter langdurig ziek
soms gedurende maanden.
- RSV infectie leidt bij kinderen ook vaak tot middenoorontstekingen
(otitis media).
SYMPTOMEN RSV
- In het begin heeft de baby neusloop, lichte koorts en
zwaar hoesten.
- Bij uitbreiding van de infectie na 1 tot 3 dagen ontstaan
ademhalingsmoeilijkheden met versneld ademen (50 tot 60 per minuut),
tirage (men ziet tussen de ribben de huid en tussenribspieren naar binnen
trekken), neusvleugel ademen, piepende ademhaling en fijn krakende reutels;
dikwijls is er dan ook koorts (niet noodzakelijk zeer hoog).
- Door de koorts, het versneld ademen, het minder eten
en drinken kan nu gemakkelijk uitdroging optreden met suf worden van
de baby.
- Spontane genezing in 5 tot 7 dagen.
DIGANOSE RSV
Baby + winter + symptomen: verkoudheid >
ademnood
- Bij een zuigeling wordt de diagnose vermoed op basis
van de symptomen van versnelde piepende ademhaling vrij snel ontstaan
na een infectie van de bovenste luchtwegen. De leeftijd van het kind
en het typisch optreden in de wintermaanden staven dit vermoeden.
- Met een nasopharyngeale (neus-kele) wisser kan neussecreet afgenomen
worden waarna in het labo zeer snel (binnen de 2 uur) de diagnose kan
bevestigd worden.
- Dit laatste is zeer belangrijk om een bacteriële
infectie uit te sluiten.
- Bloedonderzoek is meestal niet nodig: in tegenstelling
met een bacteriële infectie zijn de witte bloedcellen normaal of
slechts licht verhoogd.
Belangrijk is de ernst van de situatie goed in te schatten
en het kind desnoods tijdig laten opnemen. (ongeveer 2% van de kinderen
moet gehospitaliseerd worden).
- Hoe jonger het kind hoe sneller opname (kinderen onder
de 8 weken).
- Kinderen met onderliggend lijden worden ook vaker opgenomen:
prematuren (kleine luchtwegen en nog minder goed werkende immuniteit),
hartafwijking, mucoviscidose.
- Onvoldoende drinken met uitdroging.
- De graad van ademnood. Heel snel ademen (meer dan 50x
per minuut) met intrekkingen op de borstkas, borstkas, neusvleugel ademen, wheezing (piepende ademhaling).
BEHANDELING RSV
Er bestaat geen genezend medicijn tegen het RSV virus.
Volgende behandelingen zijn ter ondersteuning in afwachting dat het kind
door de vorming van antistoffen zichzelf geneest.
- Voldoende drinken en niet forceren te eten.
- Koorts behandelen indien meer dan 39°.
- Spoelen van neus met zoutwater.
- Slijmoplossende siropen. “ Hoesten is gezond” en een natuurlijk methode om slijmen uit de luchtwegen te krijgen. Daarom zijn hoest remmende medicatie en siropen volstrekt uit ten boze. Mede nog omwille van de correlatie met wiegedood.
- Aerosol met bronchusverwijders (Atrovent® en Ventolin®). Vooral bij piepende ademhaling .
- Antibiotica zijn in principe nutteloos tenzij bij bacteriële surinfectie.
- Inhalatie steroïden (Pulmicort ®) zijn nuttig zijn om de hyperreactiviteit van de luchtwegen te verminderen die na de acute bronchiolitis kan volgen . Dit enkel alleen wanneer een kind 10 dagen na het begin van de symptomen nog steeds tekenen van luchtwegobstructie vertoont.
Bij ziekhuisopname is zuurstoftherapie, infusen essentieel.
Desnoods moet beslist worden tot beademing.
VOORKOMEN RSV
Vaccin: Er bestaat nog altijd geen vaccin tegen
RSV virusinfecties.
Hygiënische maatregelen: Voor hoog risicokinderen
zullen hygiënische maatregelen moeten worden toegepast om infecties
met het RSV virus te voorkomen:
- Frequent handen wassen met water en zeep.
- Wegwerpzakdoeken gebruiken en na gebruik de handen wassen.
- Uw handen wassen voordat u uw kind aanraakt of in uw
armen neemt.
- Geen uitwisseling van drinkbekertjes, lepeltjes, speelgoed
met zieke of verkouden kinderen.
- Kinderen met verkoudheid die niet ziek zijn van school
houden heeft weinig zin daar de besmetting reeds doorgegeven is in het
begin van de infectie.
- Vermijd indien mogelijk contact met andere kinderen
in kinderdagverblijven en bij onthaalmoeders.
- Laat verkouden personen niet in de buurt van uw kind
komen.
- Neem uw kind tijdens het RSV seizoen niet mee naar dichtbevolkte
openbare plaatsen. Een kind wordt niet ziek van slecht weer maar van
andere mensen.
- Reinig regelmatig het speelgoed van kleine kinderen
met een reinigingsmiddel. Ook gewone zeep en water volstaan om het virus
te doden.
- Vermijd plaatsen waar gerookt wordt en rook zelf niet.
- Vraag uw huisarts of uw kind in aanmerking komt voor
immunisatie tegen RSV.
Gammaglobulinen: Maandelijkse profylactische intramusculaire
toediening van specifieke gammaglobulinen (passieve immunisatie met monoklonale
antistoffen: Palivizumab: Synagis®) aan risicobaby's, tussen november
en maart, heeft een beschermend effect tegen bronchiolitis. Aangezien
het om monoklonale (= tegen 1 virus) antistoffen gaat, is er geen
interferentie met andere vaccins die op zuigelingenleeftijd moeten worden
toegediend.
Wie komt er hier voor in aanmerking en krijgt terugbetaling:
- Kinderen die geboren zijn na zwangerschapsduur van minder
dan 32 weken en die bij aanvang van het RSV-seizoen (periode oktober
tot en met april ) een leeftijd hebben van 6 maanden of jonger.
- Kinderen jonger dan 2 jaar met een bronchopulmonale
dysplasie en die in de voorafgaande 6 maanden voor deze aandoening medisch
werden behandeld.
- kinderen jonger dan 2 jaar met een congenitale hartaandoening
die hemodynamisch significant is.
DETAILS MEDICATIE RSV
- Slijmoplossende siropen (mucolytica): door toediening
van mucolytica kan de patiënt het minder taaie slijm gemakkelijker
ophoesten. Geven echter waarschijnlijk meer een subjectief gevoel van
beterschap dan echt te werken (Muco Rhinatiol 2%®, Siroxyl siroop®...).
- Hoestremmers: niet aangewezen bij kinderen onder de
2 jaar.
- Bronchusverwijders: Atrovent monodose® 0,25mg/2ml
(dosis: 1 monodosis in aerosol max 4/ dag ; kan zowel verdund als onverdund
in het aerosolapparaat
gebruikt worden; kan ook samen met Ventolin® gebruikt worden). Ventolin®
(1 druppel/3kg max 4 x per dag met max van 10 dr 4x per dag op te lossen
in 2ml fysiologisch of bij te voegen bij Atrovent®).
- Corticoiden inhalatiepuf of aerosolvernevelaar:
- Pulmicort® (oplossing voor verneveling0.25mg/ml of 0.5mg/ml;
0.25 - 0.5mg/dag in 2 x toe te dienen; niet bij kinderen onder de
3 maand.).
- Pulmicort 50® (2 inhalaties per dag met babyhaler
of Aerochamber, vanaf
1 jaar 2 x2 /dag).
- Flixotide 50®(2 inhalaties per dag met babyhaler
of Aerochamber, vanaf
1 jaar 2 x2 /dag).
- Qvar autohaler 50® (2 inhalaties per dag met Aerochamber
vanaf 1 jaar 2 x2 /dag).
- Palivizumab: Synagis®: Synagis® is een gehumaniseerd
monoklonaal antilichaam dat toegediend wordt om een infectie met het
Respiratoir Syncytieel Virus (RSV) te voorkomen.
RELATIE MET ASTMA EN RSV
- Drie maanden na de acute episode worden nog tekenen
van luchtwegobstructie met piepende ademhaling gezien bij 40% van de
kinderen.
- Daarnaast is bronchiolitis een voorbeschikkende factor
voor het later ontwikkelen van astma. 30-50% van de kinderen die als
baby bronchiolitis doormaken, heeft astma tussen de 2 en 7 jaar.
- RSV is een dus belangrijke risicofactor voor de ontwikkeling
van astma en voor het optreden van IgE-antilichamen tegen voedsel (eieren)
of inhalatieallergenen (epitheel van katten, graspollen, huisstofmijt
of berkenpollen).
- Mogelijks zijn het echter ook juist de baby's met erfelijke
aanleg voor astma die op een RSV infectie beginnen te piepen.
Vindt u deze pagina interessant? Breng dan ook uw kennissen op de hoogte!
Vindt u deze pagina interessant? Breng dan ook uw kennissen op de hoogte!